1956: Oprichting FODOK

1956: Oprichting FODOK

De Nederlandse Federatie van Ouders van Dove Kinderen, de FODOK, is in 1956 opgericht door ouders die de situatie van hun dove kind wilden verbeteren. De FODOK zet zich op verschillende manieren in voor dove kinderen en voor hun ouders. De FODOK richt zich op belangenbehartiging, voorlichting en lotgenotencontact.

De belangenbehartiging door de FODOK heeft tot doel:

  • Het vergroten van het begrip voor wat het betekent om doof te zijn. Meer begrip leidt tot een betere leefsituatie van dove kinderen en volwassenen.
  • Het bevorderen van een snelle diagnose van doofheid en een goede verwijzing van kind en ouders.
  • Het verbeteren van het onderwijs voor dove kinderen, zowel speciaal als regulier.
  • Het verbeteren van de zorg voor dove kinderen.

Enkele voorzieningen die de FODOK in de loop der jaren heeft gerealiseerd:

  • De FODOK heeft veel materialen op het gebied van leesbevordering tot stand gebracht.
  • In het verleden heeft de FODOK het PAD-leerplan, ontwikkeld in de Verenigde Staten, laten vertalen en aanpassen aan de Nederlandse situatie, waarna het in het dovenonderwijs in gebruik werd genomen. Daarmee kwam er voor het eerst structureel aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van dove kinderen.
  • De FODOK heeft eraan bijgedragen dat seksuele voorlichting en het voorkomen van seksueel misbruik een belangrijk aandachtspunt werden in het onderwijs aan dove kinderen.
  • Voorheen was de psychische hulpverlening niet toegankelijk voor dove en zwaar slechthorende mensen. De FODOK heeft er in belangrijke mate aan bijgedragen dat een landelijk netwerk van gespecialiseerde psychische hulpverlening tot stand kwam, zowel voor dove kinderen als voor dove volwassenen. De FODOK is nog steeds betrokken bij de strijd om het voortbestaan van deze voorzieningen en het pleidooi voor een meer toereikende financiering.
  • Doven met nóg een handicap vallen vaak tussen wal en schip. De FODOK heeft veel gedaan om de zorg voor meervoudig gehandicapte doven te verbeteren en is nog steeds betrokken bij de zorg in de instellingen die in de loop van de tijd ontstaan zijn..